Adaptieve DBS als Behandeling voor de Ziekte van Parkinson

Diepe hersenstimulatie (DBS) is één van de behandelingen voor de ziekte van Parkinson. Door diepe hersenkernen te elektrisch te stimuleren lukt het vaak om een dramatische verbetering van symptomen zoals traagheid en tremor te verkrijgen. Helaas lukt dit nog niet in alle gevallen, treden er vaak bijwerkingen op, moet de stimulator vaak opnieuw ingesteld of vervangen worden en komt nog niet elke patiënt in aanmerking voor deze behandeling. In de afgelopen jaren is er veel bekend geworden over verstoorde hersenactiviteit bij de ziekte van Parkinson en de verandering hiervan door medicijnen of elektrische stimulatie. Deze kennis kan gebruikt worden om DBS zo te laten werken dat het specifiek de verstoorde hersenactiviteit kan onderdrukken. Deze vorm van DBS wordt adaptieve DBS (aDBS) genoemd. 

Doelen: 

  1. DBS effectiever maken waardoor symptomen beter onderdrukt kunnen worden. 
  2. DBS veiliger maken waardoor er minder stimulatie geïnduceerde bijwerkingen optreden en meer patiënten in aanmerking komen voor de behandeling. 
  3. DBS efficiënter maken waardoor:  
    1. er minder vaak een nieuwe batterij geplaatst hoeft te worden
    2. patiënten minder vaak naar het ziekenhuis hoeven te komen om de stimulator opnieuw in te laten stellen 
    3. DBS zich aanpast aan de ernst van de klachten 

Methode:

Op dit moment lopen er in het UMCG een aantal DBS onderzoeken bij de ziekte van Parkinson. Éen van de onderzoeken is de ADAPT studie. In deze studie wordt aDBS tijdens de DBS batterij-vervangings operatie vergeleken met continue stimulatie (cDBS) en geen stimulatie. Dit wordt gedaan door tijdens de operatie een bewegingstaak, een cognitieve taak en een spraak-taak uit te voeren in de drie verschillende condities. aDBS wordt in deze studie toegepast op de hoeveelheid oscillaties in de beta (13-30 Hz) band in de diepe hersenkernen. Deze beta-oscillaties zijn sterk geassocieerd met stijfheid en traagheid maar spelen ook een rol bij het reguleren  van cognitieve processen. In de onderstaande figuur is zichtbaar hoe de stimulatie aan en uit gezet (onder) wordt op basis van de hoeveelheid beta-oscillaties (midden en boven). 

Onderzoekers betrokken bij dit project:

 

Dr. M. Beudel

Dan Fuentes